zondag 20 november 2016

VERHALEN VOL VINYL 2.0



- VERHALEN VOL VINYL 2.0 -

Op mijn dj-tochten door de Gentse straten en ver daar buiten kom ik mensen tegen. Grote en kleine mensen, dikke of dunne, ook wel oude en jonge, mooie en lelijke, vriendelijke en enthousiaste rakkers, dan wel zure, gefrustreerde azijnpissers. Allen hebben zij hun verhaal en levensloop. Wat hen echter verbindt is de liefde voor muziek, u vind hier vanaf nu de verslagen, groot of klein, terug in 'Verhalen vol vinyl'.

De toekomst in het Belgische dj-landschap is alvast verzekerd met deze twee enthousiaste jongelingen uit Brugge! Maak kennis met Michiel en Jonas, respectievelijk 8 en 9 jaar. Ik kwam hen tegen, of beter gezegd: zij zochten mij op, afgelopen zomervakantie op het foodtruckfestival Barrio Cantina te Brugge. Voor Michiel kon de school niet snel genoeg terug beginnen want 'die vakantie begon nu toch wel erg lang te duren'. Voor Jonas mocht de vakantie gerust nog een tijdje duren want naar school gaan vond hij maar 'nutteloze tijdverspilling'.
'Wat ik aan het doen was?', vroeg Jonas enthousiast en zonder de minste schroom of terughoudendheid. 'Oohjoo ja, gij zijt zo enen gelijk Dimitri Vegas en Mike Like zeker?!' Dimitri en Mike waren blijkbaar hun grote voorbeelden in de dj-wereld. Gelukkig voor hen, èn voor de mensheid in het algemeen, heb ik dit nog uit hun hoofd kunnen praten. En of ze eens mochten 'skratsen'. 'Toeeee, pleaseeee, aleee ja, want gij (ik) kan dat toch thuis iedere dag doen en wij moeten straks toch al naar huis
:( (pruilmond).' Ze 'skratsten' erop los alsof hun leven ervan af hing. En daar zag ik al die vlam in de ogen van Jonas, Michiel wou eigenlijk vooral bij zijn vriend zijn en spelen. Maar de Jonas, nee die was niet weg te slaan van de dj-booth, aandachtig volgend en in z'n hoofd waarschijnlijk al op Tommorowland aan de knoppen draaiend, ik zag het allemaal in zijn ogen.
Toen kwam mama dat het tijd was naar huis te gaan, Michiel was al ergens te velde maar Jonas moest van het podium worden getrokken door mama Lut. 'Alee, vlug nog een foto met 'den dj' dan.'
Ik kreeg nog een dikke high five van de Jonas en een vriendelijke knipoog van mama Lut en weg waren ze.

LUT, MICHIEL & JONAS, merci voor het enthousiasme en succes in de nieuwe klas!


- VERHALEN VOL VINYL 1.0 -



- VERHALEN VOL VINYL - 1.0

Op mijn dj-tochten door de Gentse straten en ver daar buiten kom ik mensen tegen. Grote en kleine mensen, dikke of dunne, ook wel oude en jonge, mooie en lelijke, vriendelijke en enthousiaste rakkers, dan wel zure, gefrustreerde azijnpissers. Allen hebben zij hun verhaal en levensloop. Wat hen echter verbindt is de liefde voor muziek, u vind hier vanaf nu de verslagen, groot of klein, terug in 'Verhalen vol vinyl'.

En hier hebben we Gérard en Janine, reeds 47 jaar gelukkig getrouwd en nooit te beschaamd nog een danspasje te wagen, wist Janine me te vertellen. Ik kwam hen tegen vorige zondag onder de Stadshal, Emile Braunplein te Gent. Over het ontwerp en het uitzicht van de 'schaapstal' waren ze niet te spreken, maar de muziek, ja ja ja, die was dik in orde! Ik voelde 2 schuifelende gestalten achter me vaag brabbelen. Schoorvoetend kwamen ze dichter en dichter naar me toe met die ontwapenende schroom en oprechte interesse. 
'Nogal machienes eeh dadde, Gérard' (over de platendraaiers en mengpaneel). Luid genoeg zodat ik het ook horen kon. 
En 'k had 'sjanse', want hun kleinzoon was ook 'muziekspeelder', we hadden hier dus niet te doen met de eerste de beste, nee nee, 't waren kenners! En dat het goed was 'dat er wa verschil op de muziek zat, beetje oude muziek en jonge muziek door elkaar'. Toen ik net 'Who's that girl' erin mixte, een hiphop club nummer riep Janine nog: 'aaah maar da vind ik ook goed ze!' voortgedragen aan haar zij door Gérard die duidelijk meer zin in zijn trappist dan in een dansje had. 

GERARD & JANINE - IK HEB JULLIE GEZIEN 


Thanks BAND IT

vrijdag 9 augustus 2013

Ergernissen

Er zijn zo'n aantal zaken waar ik mij al eens blauw aan durf te ergeren. Meestal is het een bepaald gedrag, dikwijls zijn het mensen zelf maar soms is het slechts één enkel zinnetje... En vanmorgen was het weer zover! Deze keer bij de bakker, 8u30.

'Dat het wel zeer warm was de laatste dagen', zegt Liliane.  Dat haar metekind die of die zalf beter verdraagt dan die andere - blabla blabla - geeuw - dat 't toch spijtig is dat de gentse feesten zo lang duren - blabla - dat ze voor haar werk soms naar de hoofdzetel in Brussel moet. 'Oehhh Brussel!' 'Zwijgt mij van Brussel', declameert Brunhilde, een dame van middelbare leeftijd achter mij, die als door een wesp gestoken zich in het obligatoire bakkerspraatje komt moeien. 'Ik kom niet meer in Brussel ze, 't is daar altijd vuil en ik voel me daar niet veilig met al die vreemdelingen.' Tegen ondergetekende: 'Pas op eh meneer, 'K BEN GENE RACIST EH, maar 't loopt toch de spuigaten uit met die vreemdelingen!' Dit zinnetje ! Ik krijg er gewoonweg 't vliegend schijt van. Komt er dan ten minste voor uit dat ge ne vuile racist zijt zeg. Lafaards ! Ge zegt toch ook niet dat ge geen bananen lust als ge iedere dag 3 bananen eet alé ja ... een beetje eerlijk zijn eh zeg. Dat zinnetje hoor ik zo veel en overal waar ik kom. Racistische uitspraken à volonté maar een racist? Neen neen, dat zijn we niet hoor, vies woordje. Waarmee ik mij niet wil uitspreken over problemen met allochtonen die er natuurlijk wel in Brussel zijn maar dat hypocriete gedoe van: 'weg met alle vreemdelingen maar noem me geen racist' moet maar eens stoppen zeg.


Ondertussen nog steeds voor jullie op de baan,
het Gentse city-life aan het verslaan,

Shizzle le Sauvage




dinsdag 25 oktober 2011

Auto's en vaders

Van alle plekken op de hele wijde wereld zat ik juist die maandagmorgen om half elf op een bankje naar een frisdrank-automaat voor me te staren. Enkele TL-lampen gaven een vaal schijnsel aan dit, zo op zich zelf al, triestig aandoend bijgebouw. Naast me zit vader. Vader nam speciaal vrij deze dag.
Diezelfde vader waar ik nu al bijna 8 maanden lang, iedere zondag, de Vlaamsche wegen met afschuim.

'Of ik dit of dat artikel in de krant gelezen had, vroeg hij mij, om toch maar die vreselijke stilte, slechts onderbroken door ene Jeanine die bij gelegenheid 'Volgende' riep, te doorbreken.
Neen vader, dat artikel heb ik niet gelezen neen.

'Of ik dan misschien dit of dat televisieprogramma had gezien, vroeg hij,
toch nog een poging wagend deze (werkelijk) oorverdovende stilte te doorbreken.
Neen vader, dat televisieprgramma heb ik niet gezien neen.

Regen tikt tegen ruit, het wordt tien voor elf.
Speeksel trekt weg, linkervoet trilt.

'Wel slecht weer vandaag,'t is weer beginnen regenen', hoorde ik vader zeggen.

8 maanden hebben we samen naar dit moment toegeleefd, hij en ik. Ik en hij.
Keuvelend aan 20 kilometer per uur in de binnenstad, heftig discusiërend en roepend aan 60 km per uur op gewestwegen, geconcentreerd en kalm aan 110 km per uur op de autostrade.
We reden dan toch bijna iedere zondag (weer of geen weer, goesting of geen goesting, kat of kater.)
We kwamen soms op de vreemdse plaatsen terecht, met plaatsnamen waar we beiden nog nooit van hadden gehoord. Zo ongeveer ergens tussen het hol van Pluto en de bebouwde kom van Reet.
We passeerden gehuchten waar ik er bijna zeker van was dat de inwoners ons al van 10 kilometer ver hadden zien aankomen, ons volgend met hun verrekijkers.
'Roger Roger! 't Zijn daar menschen van't stad, kzie't aan hunnen nummerplaat!
Of nog, dorpen waar we binnenreden en waarbij de bewoners plots alle rolluiken van de veranda's naar beneden deden.
Wij zagen ongevallen, verkeersagressie en auto-panne's.
Wij dronken koffie langs de baan.

Jeanine roept ons.
Nu was het dus zo ver, jongen neemt het stuur van man. Jongen word zo misschien ook wel man?
Tweede keer beter lijken we beiden te denken, hij zegt dat hij niet zenuwachtig is, ik zie z'n hand trillen.
Een half uurtje later keren wij weder naar het examencentrum.

Na hem jarenlang te hebben gadegeslaan vanop de achterbank was nu dus die tijd gekomen om van positie te wisselen. Ik was geslaagd.

Wat daar ooit begon op een koude zondagmorgen op de parking van de Carrefour eindigde hier op een zonnige zondagmiddag met 'de grote tocht naar de grote stad, Brussel'. Ik vroeg hem niets, zag aan hem dat hij wist wat ik nu ook wist, ik kan autorijden.
     

Gent, die stoute

Gent, die stoute

Op uw stromen schuiven schepen,
Op uw markten raast rumoer.
Machtig word ik aangegrepen
Door uw Stenen, stom en stoer.

Stad van dokken en fabrieken,
Bezig als een grote bij.
Met uw torens als cantieken
En uw stoet op eersten Mei.

Gent, mijn Gent, mijn oude stede,
Op uw arbeid afgestemd,
Blijft als in uw fel verleden :
Koppig, stout en ongetemd.


(Paul Rogghé, niet gepubliceerd)

maandag 20 juni 2011

“Het is allemaal begonnen met de tieten van mijn buurvrouw”

Wat jou allemaal overkomt in je leven is allicht óók dramatisch - teenage angst, lauwe koffie, al je sokken in de was -, maar het is vast niet zo erg als wat DJ Kutmah over zich heen kreeg. De producer uit LA zag zijn huis afbranden, werd gedeporteerd en raakte zijn vriendin kwijt. Dat is goddomme een volwaardig bluesrepertoire, mensen!



Diezelfde Kutmah kwam afgelopen maand een hoogstpersoonlijk broeikaseffect veroorzaken op ‘Out There’ in de White Cat in Gent. Ook van de partij waren The Loopdiggers (Lander Gyselinck + Mixmonster Menno), Daptunes (Dyn-O-Mite) & DJ Azer (All Eyes on HipHop). Met resultaat: de zaal was halverwege al zo tropisch dat we een kolonie pootjebadende flamingo’s moesten verjagen uit onze okselvijvers. In de setlist: nummers van vrienden Gonjasufi en Flying Lotus, hiphopbeats, psych-rock, flarden reggae en zelfs als dubstep uitgedoste bluestunes. Eenmaal uitgewrongen spraken we Kutmah, die er als zoon van een Schotse vader en een Egyptische moeder uitziet als een heteroseksuele Gabriel Rios. Hij vat het interview aan met de woorden ‘man’, ‘ik’, ‘ben’ en ‘dronken’, wat gezien zijn uitbundige inname van rum, Hennesy cognac en wiet vrij plausibel lijkt. Daarna volgt dit: “Ben je ooit weggelopen van huis? Dat je naar een vriend gaat die eigenlijk niet echt je vriend is? Dat gevoel van vertrekken zonder te weten waar je gaat belanden, dat is wat ik zoek in muziek.”





Ik hoorde je vanavond zeggen: ‘Het kan mij niks schelen als mensen weggaan, ik wil mijn eigen muziek draaien.’


“Gisteren nog gebeurd, in Fabric in Londen. Ik kwam op na J-Rocc en de halve zaal ging weg toen ik begon. Fuck ’em. Ik wil niet spelen voor mensen die na een paar nummers afhaken of een hele avond hetzelfde willen horen. Dus speel ik raar spul tot ze weggaan. Bekijk het zo: ik begin met een broodje vis-mango-worst en daarna komt er pas iets zoets, voor de mensen die geduld hebben. Ik heb het nog meegemaakt ik helemaal opging in mijn set, tot er iemand op mijn schouder kwam tikken: ‘Gast, je bent de enige in heel de zaal.’ Toen vroeg ik me wel even af waar ik mee bezig was, maar ik heb niets veranderd. Je leeft niet als je jezelf niet af en toe in verlegenheid durft brengen.”

Flying Lotus, Gaslamp Killer en jijzelf hebben intussen wereldwijd een publiek gevonden. Hoe was het in het begin?
“Verschrikkelijk, het liep voor geen meter. Ik had een vaste avond in een club in LA en daar kwam hooguit 20 man op af. Iedereen ging in die tijd naar die afschuwelijke electrofeestjes van Steve Aoki, alleen omdat het daar volliep met supermodellen. Flying Lotus heeft zijn allereerste show ooit nog gespeeld in onze club, in 2005 was dat. We kregen 60 dollar op het einde van de avond en die moesten we dan delen door vijf.”

Jij communist.
“Het was balen. Als ik niets betaald kreeg, voelde dat ook aan als niets, want ik had toen zelf geen geld, geen bankrekening om op terug te vallen. Ik kocht elke week voor driehonderd dollar aan platen, deed alle promotie, boekte iedereen en speelde zelf in het begin van de avond, en dan kreeg ik daar net genoeg voor om een drankje te kopen. Hetzelfde met Sketchbook Radio, onze radioshow. Ze hebben ons buitengegooid omdat niemand naar ons programma luisterde. Iedereen wou Daft Punk horen. Later pas hebben we door het internet ontdekt dat heel veel mensen ons wél goed vonden.”

The New Error
Je hebt net het tweede deel van The New Error uitgebracht, een driedelige mix-cd met onuitgegeven beats van Madlib, Flying Lotus en MF Doom. Hou je van fouten in muziek?
“Ik hou van dingen die ‘anders’ klinken. Toen ik begon te dj’en had je in LA al The Beat Junkies (legendarische turntablecrew), met J Rocc, Babu, Icy Ice,…en die waren allemaal retegoed. Omdat ik zo laat begonnen ben, moest ik wel iets anders verzinnen. Dus ben ik maar rare instrumentals gaan uitzoeken: Prefuse 73 en zo, Daedelus ook. Ik hoor niet thuis op een groot podium. Je hebt FM-radio in perfecte kwaliteit en de krakerige AM-band. Ik ben AM.”

Hoe heb je Gaslamp Killer leren kenen?
“Op het feestje van een vriend waar hij aan het draaien was. Ik dacht dat ik de enige was in wat ik deed, tot ik hem tegenkwam. Hij had die nacht twee platenbakken mee, vol met alles wat ik op dat moment draaide. Gaslamp Killer en ik zien elkaar doodgraag, maar we zijn ook rivalen. Ik kom van niets en daarom wil ik mezelf bewijzen. Ik ben niet opgegroeid met paarden en nice shit like that. Dus als ik mezelf iets waard wilde voelen, kon dat alleen door iets te doen wat niemand anders deed. Daarom was ik eerst kwaad toen ik hem zag. (lacht) Het klinkt dom en primitief, maar het draait allemaal rond ego. Zoals bij graffiti: je spuit een bus vol met je eigen pieces en de volgende dag neem je die bus met jouw naam overal op en je voelt je super.”

Exodus
Op z’n twaalfde verhuisde Kutmah van Engeland naar LA, omdat zijn vader ziek was en zijn moeder niet alleen voor hem kon zorgen. Oorspronkelijk voor enkele maanden, maar hij zou er nooit meer wegraken. Zijn verblijfsvergunning raakte evenwel nooit in orde en hij kwam niet in aanmerking voor een green card. Dat ging 22 jaar lang goed, tot mei vorig jaar. Kutmah werd gevangengezet en uiteindelijk het land uitgezet, met het verbod om de eerste tien jaar terug te keren.

 “Het is misschien wel het beste wat me ooit overkomen is. Ik heb nooit overweg gekund met gezag, of het nu van mijn ouders, leraars of de politie kwam. Dus schopte ik heibel of probeerde ik me er uit te praten. Tot ik vorig jaar opgesloten werd en geen enkele controle over mijn eigen situatie had. Je kunt niet discussiëren met mensen met geweren. Weet je, het is op een domme manier gebeurd. Ze mogen je huis niet binnenvallen om je te arresteren, dus deed ik nooit open als er iemand aanbelde. Die nacht hoorde ik de bel en de voetstappen van mijn vriend die naar de deur ging. Ik was nét te laat om hem tegen te houden. Zes uur later zat ik vast in een opvangcentrum. Het is niet alsof ik niet wist wat me al die jaren boven het hoofd hing. Ik wilde het al heel lang rechtzetten, maar hoe? Ik had advocaten betaald, maar die nemen je gewoon je geld af. In 1997 heb ik een formulier getekend waarin ik toezeg om binnen de drie maanden het land te verlaten. Blijkbaar was dat genoeg om me uit het land te gooien, ook al heb ik in mijn 22 jaar in de VS niets fout gedaan.”

Hoe gaat het nu met je?
“Geweldig, echt waar. Eindelijk moet ik me niet meer de hele tijd verbergen of bang zijn voor wat komen gaat. De laatste zes maanden heb ik meer plaatsen bezocht dan in de twaalf jaar daarvoor, omdat ik al die tijd het land niet uit kon. Als ze mij vroegen voor een Europese tour, loog ik altijd dat ik het net druk had, later misschien,... Ik ben ondertussen in Israël, Egypte, Berlijn,…geweest, het is goed om eindelijk andere delen van de wereld te zien.”
Je bent uiteindelijk opgepakt toen je met je vriendin lag te slapen. Zijn jullie nog samen?
“Nee, dat is voorbij. Hoe goed je relatie ook is, je kan ze niet volhouden op Skype. We zijn alle twee geen kinderen meer, we wisten dat het er aan zat te komen. Ik probeer mijn energie nu een tijdje op mijn werk, mijn muziek en mijn tekeningen te richten.”

Klopt het dat je bent beginnen tekenen door de tieten van je buurvrouw?
“Yep! De moeder van het jongentje bij wie ik ging spelen na school. Ik heb die jongen onlangs teruggezien op Facebook en nu is hij zo’n white power extremist geworden. Hij lijkt Hitler’s droomkindje wel. Vreemd, want zijn moeder is Spaans: ze was altijd heel warm en vriendelijk, én met pronte tieten! Ik ben beginnen tekenen door me voor te stellen hoe ze er naakt zou uitzien.”
Heb je haar ooit echt in haar nakie te zien gekregen?
“Ok, luister: ik zat in een hoger jaar dan mijn vriendje en had vroeger gedaan met school, meestal ging ik dan al naar zijn huis. Op een keer was er niemand thuis en deed ik een dutje in het bed van zijn ouders. Toen ik wakker werd, deed ik de lade van haar kast open. Bleek dat die vol zat met polaroids van op vakantie. Zijn moeder topless naast een fontein, naakt bij een waterval,…(denkt na) Is dat de trigger geweest voor alles wat ik nu doe?”

Brand!
Vier jaar geleden brandde je appartement af. Wat is er gebeurd?
“Ik was uitgeweest tot 5 uur ’s morgens en ik wilde thuis nog een film kijken: The Deer Hunter. Slechte keuze eigenlijk, want ik was dronken en apestoned. Ik moet in slaap gevallen zijn, hoe lang weet ik niet, maar plots werd ik wakker en was er overal zwarte rook. Omdat ik zo high was, begreep ik de hele situatie niet echt. Ik stond daar maar wat voor me uit te kijken: ‘Hé, wat vreemd.’ In een flits drong het toch tot me door wat er aan de hand was en ben ik mijn huisgenoot wakker gaan maken. Zijn neus, zijn ogen, zijn hele gezicht zag al zwart van de rook… We zijn samen uit het raam gesprongen. Hij begon helemaal te flippen over wat er nog binnen lag: unieke spullen van de Beastie Boys en een versterker van Rod Stewart. Ik zat ondertussen met grote ogen naar het vuur te kijken, ik had nog nooit zoiets hypnotiserend gezien. De ambulanciers en de politie vonden me zelfs verdacht omdat ik er zo kalm bij bleef. De brand was ontstaan doordat een vriend van mijn huisgenoot een ventilator aan laten staan,  blijkbaar is die oververhit geraakt.”

Heb je nog iets kunnen redden?
“Mijn grote platenzak, die nog aan de voordeur stond. Je kent dat wel, thuiskomen en je spullen meteen ergens dumpen, dat was mijn geluk. En omdat het vuur het laatst aan mijn kamer kwam, was ik maar de helft van mijn platen kwijt. Gelukkig de slechte helft van mijn collectie. (lacht) Niet dat het er veel toe doet, als je bijna dood was geweest.”



DOOR SHIZZLE LE SAUVAGE EN JENS D’HONDT