woensdag 27 april 2011

Mannen met macht

In de afgelopen 2 maanden maakte ik twee gevallen mee waarbij ik bij mezelve dacht, jongens jongens jongens, hoeft dit nou echt? Het gaat er hem om dat schijnbaar, vriendelijke, doodnormale, doordeweekse saaie kwezels als u en ik heel snel kunnen veranderen in kwaadaardige, abnormale, agressieve zotten wanneer zij een klein beetje macht ter hunner beschikking krijgen.

Mannen met macht, deel 1.
Zaterdag 2 april gingen wij met een aantal collega's van het werk onze 'Pjeir', wielerliefhebber in hart en nieren, gaan toejuichen en ondersteunen (zelfs een spandoek gemaakt en megafoon bij de hand, supporteren doet ge goed of niet denk ik dan zo) tijdens zijn eigenste, persoonlijke koninginnenrit, de Ronde van Vlaanderen. De zaterdag was het dus de Ronde (in volledige of verkorte versie) voor de amateurs en liefhebbers, zondag is het voor de profs. Men onthoude goed: voor de amateurs en liefhebbers dus.
Pjeir snelt de Koppenberg op, aangemoedigd door z'n collega's.
Voor velen een dagje uit, een dagje plezier, een dagje samenzijn en toch ook in de gezonde buitenlucht aan sport doen. Leuk toch! Tot ...
Aan de voet van de Koppenberg, een steile helling van ongeveer 22% (u ziet hierboven op de foto trouwens de 'Pjeir' de Koppenberg opsnellen, aangemoedigd door onze lokale beardyman) stonden twee seiners van de oude stempel. Alle respect voor deze mensen (seiners) die, dikwijls onbezoldigd, een vrije dag opofferen om een hele dag de renners en publiek te begeleiden, enthousiasmeren, aanmoedigen en beschermen. Maar deze twee heren aan de voet van de Koppenberg waren van een soort dat ge nog weinig tegenkomt bij de derde leeftijd, of misschien juist wel, ik weet het niet zo goed. Alleszins, wat gebeurt er? De klokke slaat half 5, het grootste deel van de amateurs is al bijna aan de aankomst, enkele dapperlingen trachtten al puffend en zuchtend een tweede maal de Koppenberg op te snellen, gezinnen trekken reeds huiswaarts om voor de file thuis te zijn, de die hards duiken al reeds de kroeg in, de zonne zakt langzaam maar gestaag, een mooie dag is gepasseerd. Er komt een jongeman uit de verte aangereden op een fiets in een Borat-pak (over smaak valt te twisten maar bon), overduidelijk dus van een vrijgezellenfeest. Toegegeven, vrijgezellenfeesten (en bijbehorende -tochten) zijn meestal eerder irritant dan plezant maar ieder zijn ding nietwaar. Ok, 'Borat' komt aangesneld en wil de Koppenberg op, dit is niet naar de zin van de ene seiner, loopt naar Borat toe en trekt hem hardhandig van de fiets.
'Nee, gij gaat nie mijnen berg op in da belachelijk pakske!'
Borat, ietwat bedeesd, druipt af met de staart tussen de benen. Daar komen z'n andere kornuiten al aan, waaronder de Beer. De Beer vraagt nog eens vriendelijk aan de seiner of Borat nu toch niet even snel de berg mag oprijden, het is ten slotte bijna gedaan, hij doet in principe niet zo veel fout, het is voor het plezier en waarom zou hij niet mogen? Nu begint de seiner het pas echt op zijn heupen te krijgen en word zo waar zelfs aggressief.
'Ja, en wie zij gij wel, in u belachelijke berepak, achter de nadars!'
(er stonden nadars, een soort van lage hekkens, die dienen om de mensen van het parcours te houden als de renners in volle vaart passeren, zeer nuttig zelfs). Beer blijft aandringen, de gemoederen geraken verhit, de omstaande menigte groeit, trekken en duwen, tot de seiner het echt helemaal niet meer heeft van woede en begint tegen de beer:
'Kgoa sloan eh, pas op want kgoe sloan eh, als ge nu nie van mijn parcours gaat.' (echt eh, dit is geen gezever, 'k was er zelf bij! Ge moet u da voorstellen, een oudere man die tegen een jongeman in berenpak zegt: pas op of kgoa u sloan eh!)

En zo ging dat dus nog een tijdje door, echte agressieve zotten die seiners, of toch alleszins die twee die daar aan de Koppenberg die dag stonden. Ondertussen had er zich al een mooie menigte verzameld rond het spektakel, 'de rel van de Koppenberg'. Natuurlijk nam bijna iedereen het op voor Borat, de Beer en de zijnen. Die twee bejaarde, bekrompen, achterlijke seiners wouden gewoon hun macht als seiner even laten gelden en konden het niet hebben dat er iemand met een Boratpak op hun berg zou fietsen. (Toegegeven, ik vind zo een Boratpakje ook niet getuigen van veel stijl of klasse, maar ieder persoon is vrij te dragen wat hij of zij wil.) Als we zouden toegeven aan die twee achterlijke seiners zou iedereen er vanaf morgen  hetzelfde moeten uitzien met het haar kortgeknipt en de schoenen gepoetst. (we zouden ook hele dagen Vlaamsche liederen moeten zingen en vendelzwaaien is dan ook een verplichte kuur.) 
Terug naar de voet van de berg! Daar waren ondertussen twee politiecombi's, één gemotoriseerde eenheid en nog een patrouillewagen in allerijl en met loeiende sirenes toegekomen haha. In eerste instantie gaf de politie de seiners gelijk, ze konden natuurlijk ook niet anders, ze kenden elkaar van bij het kaarten de zondag. Maar, wat natuurlijk ook te verwachten was moesten ze een stuk aan ons (nu toch ondertussen al een 30 man sterke menigte geworden) toegeven en mocht Borat de berg op na een kwartiertje... Groot jolijt en vreugdekreten stegen op uit de menigte, we hadden het belachelijke, onnodige en buitensporige machtsmisbruik van deze twee fasco's toch een beetje kunnen overwinnen.

Seiner in gesprek met politie, achter de nadars de vrijgezellenbende met Beer en mijzelve.


.   Deel 2, 'Mannetje met macht', zo mogelijk nog schrijnender, in volgende bericht. 
  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten